Weidegang en weidevogels
Ook insecten en weidevogels profiteren van koeien in de wei. De koeienvlaaien vormen een broedplaats voor wormen, vliegen en kevers, belangrijke voeding voor de weidevogels (lees hier meer over bij het thema bemesting). Ook zorgt beweiden voor meer structuur in de wei, met verschillende grashoogtes en bossen. Dit is perfect voor weidevogel kuikens: ze kunnen makkelijker door een beweid perceel lopen dan door een zwaar grasgewas. Ook vormen de bossen en kuilen mooie schuilplekken voor de kuikens tegen roofdieren. De kievit en scholekster hebben een voorkeur voor kort gras en er zijn aanwijzingen dat weidende koeien roofdieren afschrikken. Wel moet bij beweiding in het broedseizoen rekening gehouden worden met de weidevogels (beschermen met schrikdraad of een nestbeschermer): vooral bij veel dieren op een beperkt oppervlak is de kans op vertrapping groter, zeker bij onrustige kuddes (bijvoorbeeld jongvee dat net naar buiten gaat).
Foto van KTC Zegveld
Tenslotte is voorweiden een hulpmiddel voor grasland met een uitgestelde maaidatum wat te groeizaam is: het helpt te voorkomen dat er eind mei een massaal, ondoordringbaar grasgewas komt. Bij weidevogelbeheer kan voorweiden tot uiterlijk 1 of 8 mei.