Mozaïekbeheer: hoe doe je dat?
Afgelopen jaar was er een nieuwe term in Nederland: “groene woestijnen”. Grote oppervlaktes kaal gemaaid grasland hebben een negatief imago gekregen. Vervelend en onnodig denken wij, er zijn verschillende maatregelen die al snel effect hebben en ruimte bieden voor kruiden, insecten en vogels:
- De meest eenvoudige oplossing: slootranden laten staan
Je laat de slootranden op de maaipercelen tijdens de eerste snede staan en neemt ze tijdens de tweede snede mee. De randen zijn vaak toch wat minder productief. Door deze randen te laten staan geef je kruiden, kuikens en insecten meer overlevingskans. Kruiden krijgen de kans om te bloeien, insecten hebben een plek om voedsel te vinden en de weidevogelkuikens kunnen schuilen in de rand (tegen roofdieren) en insecten eten. Meer lezen over de voordelen van de rand - Vroeg starten met beweiden
Door vroeg te starten met beweiden creëer je vanzelf een gevarieerd landschap: er ontstaan meer groeitrappen en aandeel grasland wat vroeg in mei gemaaid moet worden daalt sterk omdat de koeien het opgegeten hebben. - Maai niet alles tegelijk maar om-en-om
Maai percelen om-en-om op twee tijdstippen. Door een deel van het areaal later te maaien geef je kruiden kans om te bloeien, kunnen weidevogels de sloot oversteken naar een veilige schuilplaats en blijft er meer voedsel voor insecten (en dus vogels) in het gebied. Ook levert iets later maaien ruwvoer op dat nog prima geschikt is als structuurrijkere aanvulling van jong gemaaid kuilgras, voor droge koeien en voor jongvee. kaal gemaaid landschap (foto Jan de Wit – Louis Bolk Instituut) - Van binnen naar buiten maaien
Wanneer er gemaaid wordt in een perceel waar veel weidevogel kuikens rondscharrelen kan het elpen om van binnen naar buiten te maaien. De kuikens kunnen zo makkelijker naar de rand vluchten of naar een naast gelegen perceel waar niet wordt gemaaid.